Anneke van Baalen en Marijke Ekelschot, TEGENNATUURLIJK, Amsterdam 1985, De Bonte Was
5
JOKE SMIT: DE SPANNING TUSSEN
RADIKALITEIT EN REFORMISME
Mij is gevraagd iets te schrijven over de historiese plaats van Joke Smit in het feminisme.
Dat is niet eenvoudig, want Joke Smit was te buitengewoon om zomaar in een histories
hokje te zetten; zo buitengewoon ook, dat ze eigenlijk maar weinig medestandsters had. Je
kunt eigenlijk niet spreken van een Joke Smit-stroming: ze heeft met al haar
tegenstrijdigheden heel verschillende stromingen gestimuleerd.
Eigenlijk had ze ook geen medestandsters nodig: ze kon in haar eentje ook heel goed
nadenken. In het artikel in De Gids, dat ze in 1967 in het tot dat moment geheel diffuse
vrouwelijke onbehagen knalde, staan al de hoofdlijnen van een feministies aktieprogramma;
en dat, terwijl ze eigenlijk nooit over vrouwenonderdrukking had nagedacht, voordat een van
haar zusjes (of een vriendin, dat weet ik niet meer) haar vertelde dat ze nergens een abortus
kon krijgen. Ze was dan ook heel verbaasd dat ze niet de enige was die kwaad was, en dat
ze zoveel reakties kreeg dat ze meteen een beweging kon beginnen. Maar ja, wat moet dat
moet, al heb je het nog zo druk; en zo richtte ze met Hedy d Ancona, met wie zij samen -
vergeefs - had geprobeerd de WAO en de PvdA-vrouwen in beweging te krijgen, Man-
Vrouw-Maatschappij op.
Ze was gestart met een zeer snel en zeer radikaal bewustwordingsproces. Huishouden en
moederschap, inklusief de tirannie van de psychologie, en het vrouwelijk fatalisme dat het
gevolg is van het gebrek aan keuzemogelijkheden; de druk van de erotiese bewustwording,
die een gelukkig seksleven tot plicht maakt; het feit dat het werk van getrouwde vrouwen
nooit serieus genomen wordt; dat de enige remedie is dat vrouwen individueel en kollektief
een vechthouding aankweken en ophouden in het moederschap te vluchten.
Deftig
Het merkwaardige van Joke Smit nu is, dat ze al haar radikale woede heeft ingepast in een
zuiver sociaal-demokratiese strategie. Ze was immers, toen ze feminist (feministe moet ik
eigenlijk zeggen, want in haar opvatting bestaan er ook mannelijke feministen) werd, al een
gevormde persoonlijkheid. Niet alleen als universitair docente en als essayiste voor het
deftige publiek van NRC en Tirade, maar ook in haar politieke opvattingen. Toen ze
studeerde had ze de schaarse vrije tijd die ze als werkstudente over had aan de
stencilmachine van haar PvdA-afdeling doorgebracht. Haar politieke denken was het PvdA-
denken van de vijftiger jaren: fel tegen iedere vorm van marxisme, vol vertrouwen in het
langzame werk van de deskundigen om de verzorgingsstaat uit te bouwen tot een instrument
voor welvaart en rechtvaardigheid. Voor haar was de overheid gewoon de baas in de
maatschappij en die zou, mits op de juiste wijze aangesproken, vrouwen hun recht geven.
Daarom roept ze aan het eind van haar stuk, waarin ze heeft aangetoond dat de man-vrouw-
verhouding tot in de wortels verkeerd is, niet op tot revolutie. Integendeel, ze eindigt met een
nederige vraag om begrip: Zou het niet goed zijn als moeders hun kinderen meer te bieden
hadden dan enkel zorgzaamheid?
Bij haar pogingen de radikale diagnose in een parlementair-burokratiese strategie om te
zetten, heeft Joke Smit nooit gestreefd naar een vrouwenbeweging in brede zin. Ze wilde
een krachtige pressiegroep, waarin de aktieve leden het onbehagen zouden vertalen in
politieke eisen, en deskundigen de politieke eisen in voorstellen voor beleid en wetgeving.
Voor ondeskundige vrouwen was daarin geen plaats.
1
Verschenen in Folia Civitatis[]. Opgenomen in Anneke van Baalen en Marijke Ekelschot, Tegennatuurlijk,
Amsterdam De Bonte Was, 1985