Anneke van Baalen en Marijke Ekelschot, TEGENNATUURLIJK, Amsterdam 1985, De Bonte Was
6
Frustrerend
Voor haar zelf was dit een uiterst frustrerende strategie, want er waren maar heel weinig
vrouwen die belang stelden in statistieken, wetgevingstechniek en overheidsbeleid; en er
was er niet een met haar moed, ijver en werktempo.
Hedy d Ancona zegt in haar herdenkingsstuk in de Volkskrant dat Joke door een obsessie
gedreven werd; een dergelijke houding was voor de meesten de gemakkelijkste manier om
van Jokes claims op hun tijd, energie en emoties af te komen. MVM werd niet de krachtige
pressiegroep die ze zich had voorgesteld; steeds maar weer dezelfde deskundigen moesten
het werk opknappen; en het aankweken van een vechtmentaliteit stuitte steeds weer op
vrouwelijke weerstanden (Heb je het adres van MVM er wel bijgezet? en steeds hadden we
het weer vergeten).
Al na een jaar kwam er trouwens konkurrentie. Dolle Mina begon, omdat MVM het
parlementaire werk al deed, met ludieke akties, die zowel pers als publiek veel leuker
vonden. En in 1971 kwam het radikaal-feminisme uit Amerika overwaaien. De
consciousness-raising-groepen boden middenklassevrouwen iets waar ze wel goed in
waren: over zichzelf praten, in een veilig en zusterlijk klimaat. MVM verloor het vertrouwen in
notas en organisatieschemas en wierp zich op de bewustwording, en omdat er nog steeds
mannen in zaten, in steeds sterkere mate op de mannenbeweging. Vrouwen zoals ik die wel
Jokes woede deelden, maar niet haar vertrouwen in de juistheid van de sociaal-
demokratiese strategie, verlieten MVM om met die Dolle Minas die ook op de samenwerking
met mannen afgeknapt waren, een radikale Vrouwenbeweging te gaan organiseren. Slechts
een klein aantal getrouwen ging door met het taaie, ondankbare werk van beleidsanalyse en
-beïnvloeding.
Intussen worstelde Joke Smit met een konsekwentie van haar strategie: het lidmaatschap
van de Amsterdamse gemeenteraad. Ze was realisties genoeg geweest om er niet te veel
van te verwachten, maar dat het zó erg was! Niets, maar dan ook niets kon ze er voor elkaar
krijgen, ze werd begraven onder het papier en vernederd door de mannelijke
omgangsvormen. Er zat niets anders op dan er uit te gaan - maar niet zonder de heren te
hebben uitgelegd waaróm. Haar toespraak tegen de eerst grinnikende, later tot een doodse
stilte verstijvende gemeenteraadsleden was een histories moment: nooit eerder had een
vrouw het gewaagd de seksuele grappenmakerij van politici te vergelijken met de
pikstaanderij van de exhibitionist, die een kick krijgt door vrouwen angst en schaamte in te
boezemen.
Het leek even of ze rijp was voor het radikaal-feminisme. Maar dat was niet zo, want ze was
juist zo kwaad omdat ze geen afscheid wou nemen van de mannen en hun organisaties. Met
het praatgroepwezen kon ze weinig beginnen: het was haar te ongericht, te onpolitiek, te
ongeorganiseerd, te gemakzuchtig; in het beste geval zou het nog jaren duren voor er een
echte politieke beweging uit zou kunnen voortkomen. Daar kon ze niet op wachten; en ze
kon ook niet werken in een situatie waarin ze afhankelijk zou zijn van wat andere vrouwen
zouden willen, steeds maar te zoeken naar waar andere vrouwen kwaad over willen worden;
te meer daar ze iedere marxistiese of neomarxistiese theorie, die helderheid kan brengen in
de schijnbare chaos van een beweging van uitgebuiten en onderdrukten, waarvan een
gedeelte profiteert van klasse-voordelen waarvan het geen afstand wil doen, vastberaden
bleef afwijzen. Op dat punt scheidden onze wegen, zodat ik verder alleen kan vertellen wat ik
uit de verte heb waargenomen.
Anarchistiese motieven
Dat was, dat ze nu de macht en het geld van het overheidsapparaat zèlf probeerde te
gebruiken om het feminisme op gang te krijgen. Vandaar de Emancipatiekommissie, toen het
Jaar van de Vrouw daartoe de mogelijkheid bood. Vandaar de pleidooien voor betaalde
emancipatiewerkers/sters, die het bewustmakende en deskundigheidsbevorderende werk
moesten gaan doen, waar feministen zo overwerkt van worden. Vandaar ook haar
entoesiasme voor de radikale terapie die vrouwen op systematiese en deskundige wijze