FEMINIST 3, teksten Anneke van Baalen & Marijke Ekelschot, Illustraties Annet Planten.
Amsterdam 1982, De Bonte Was
55
Vrouwenbeweging en
fascisme
In de tijd dat we met het stuk over Adrienne Rich bezig waren, zagen we de film Donna
van Yvonne Scholten. En we hoorden Joyce Lussu op die film vertellen dat grote delen
van de Italiaanse vrouwenbeweging zich in de twintiger jaren soepel achter Mussolini
geschaard hadden. Geschrokken stelden we vast dat we eigenlijk niets afwisten van de
afloop van de eerste golf, behalve dan dat 'het na de kiesrechtstrijd allemaal afgelopen
was'. We wisten wel dat een groot deel van de middenklassevrouwenbeweging zich
entoesiast op de opvoeding van 'arbeidersvrouwen' tot goede moeders en huisvrouwen
had gestort (zie Geschiedenis van de vrouwentoekomst hoofdstuk I), maar dat het zo erg
was geweest had niemand ons ooit verteld. Noch bij Posthumus c.s. in 'Van moeder op
dochter', noch in 'Vrouwen vooruit' vind je iets over mogelijk fascistiese ontwikkelingen in
de vrouwenbeweging. Zoeken dus: hoe zat dat in Nederland? En we stuitten op het
encyclopedies werk 'De vrouw en en het vrouwenvraagstuk', onder redaktie van Clara
Wichmann en het echtpaar Werker-Beaujon, uit 1914 en 1918. 'Deze encyclopaedie,
toentertijd een daad van betekenis, droeg veel bij tot verbetering van inzicht omtrent de
verhouding van de vrouw en de maatschappij. Nog steeds is het een nuttig naslagwerk
voor eenieder die zich histories van een bepaald onderdeel van het vrouwenvraagstuk op
de hoogte wil stellen.' (Posthumus 143-144) Nou, dat wilden we dus. Op pagina 2 van de
inleiding begon het: 'De raseigenschappen worden aldus vererfd zóó, dat een druppel
Indianen- of Negerbloed in Arischen stam door geslachten heen merkbaar blijft,
onverschillig of het van vaderlijke dan wel van moederlijke zijde kwam. Hoe sterk weet
zich niet het Semitische type in een niet-Semitische familie te herhalen met de ras-
orginaliteit, aan dezen semitischen stam eigen?'
En op pagina 3: 'Zoude het bijv. natuurwetenschappelijk niet zeer wel aannemelijk zijn,
dat een ras, stam of familie, waarin èn bij mannen èn bij vrouwen hetzij de manlijke
eigenschappen, hetzij de vrouwelijke eigenschappen, zoodanig overwegend waren
geworden, dat de andere sexe-eigenschappen in waarde waren te loor gegaan, schoon zij
uiterlijk nog functioneerden, - zou het niet mogelijk zijn, dat bij zodanig ras, zoodanigen
stam of familie eene seniliteit, die tot uitsterving moest lijden, kon zijn ingetreden?'
En op pagina 5: 'Indien differentiatie tusschen de sexen aanwezig is, dan is dit
vrouwenvraagstuk gelegen in den invloed dien de cumulatie der vrouwelijke
eigenschappen op ras, stam, volk, familie oefent, zoodat wellicht het vraagstuk der
toekomst is: door te dringen in de eigenschappen en wetten, die beheerschen de
vererving der vrouwelijke, en misschien ook die der manlijke eigenschappen. Immers
zoolang niet deze kernvraag wordt gesteld en opgelost, zal het onmogelijk zijn, anders
dan uiterlijk door te dringen in het vraagstuk der volkskracht, der rassuperioriteit of -
inferioriteit en der familie-seniliteit.'
In beide delen van deze 'encyclopedie' kan je stukken vinden die duidelijk maken dat het
vrouwenvraagstuk een vraagstuk is naar 'de kracht van de familie, stam, volk en ras' en
dat ter versterking van die kracht het moederlijke wezen van de vrouw zich moet
ontplooien. Mevrouw Wijnaendts Francken-Dyserinck schrijft bv. een uitgewerkt plan voor
de sociale dienstplicht van meisjes; bij voorkeur wil zij meisjes in hygiënische barakken
ondergebracht zien, waar zij onder strenge tucht hun natuurlijke aard leren te ontplooien
ter 'Verhooging van de Volkskracht' (dl. 1, 664 vlgg.)
De geheel eigen aard van de vrouw krijgt haar 'wetenschappelijke grondslagen' in de
artikelen van Dr. Martha Ulrich en prof. dr. C. Winkler, waarin je zowel de kriminele
neigingen tijdens de menstruatie kunt tegenkomen, als de vaststelling dat de hele