Navigation bar
  Print document Start Previous page
 67 of 88 
Next page End 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72  

van Baalen, Ekelschot, Harmsen en van Leeuwen, ZUSTERSCHAP EN DAARNA, geschiedenis van het
radikaal feminisme adhv tien jaar Amsterdamse Vrouwenkrant. Amsterdam 1982, de Bonte Was
hoofdstuk 4, MENENS
67
zijn anti-feministies beleid af en publiceerde in Open Forum twee stukken plus
een foto waarop de Vrouwenhuisvrouwen als Rooie Vrouwen ondertiteld wer-
den! Aktieve bemoeienissen met de politiek worden in deze krant afgewisseld
met beschouwingen over het praatgroepwezen - het is dan immers tien jaar ge-
leden dat de eerste praatgroepen startten - en daarmee ook tien jaar geleden
dat de radikale vrouwenbeweging - overgewaaid uit Amerika - een paar vaste
voeten kreeg. Onder de titel 'Tien jaar radikale vrouwenbeweging, of: haalt de ra-
dikale vrouwenbeweging 1984?' verscheen een overzicht dat we hier in haar ge-
heel overnemen:
In maart 1971 startte de eerste 'consciousness-raising-group' in Nederland, om te onderzoeken
of het werkelijk waar was dat vrouwen, zoals de Amerikaanse radikaal-feministen beweerden,
door mannen onderdrukt worden. Daarmee begon ook de beweging, die op de stelling 'vrou-
wen worden door mannen onderdrukt' gebaseerd is. Omdat het met die beweging helemaal
niet zo goed is gegaan als we gedacht en gehoopt hadden, is het na tien jaar wel nuttig om nog
eens te kijken wat je met de strijdmiddelen van die beweging - de bewustmakingsgroep en de
aktiegroep - eigenlijk doen kunt.
In 1971 zaten wij aanstaande radikaal-feministen in gemengde organisaties ter emancipatie van
vrouwen, homoseksuelen en/of arbeiders (als ik MVM, Dolle Mina en COC zo mag samenvat-
ten). We raakten daar steeds gefrustreerder door de aanwezigheid van mannen en mannelijke
organisatiestrukturen; juist veel aktieve MVM- en Dolle Mina-vrouwen waren daarom ontzettend
blij met het Amerikaanse idee nu eens vrouwelijke organisatiestrukturen te gebruiken. Even wa-
ren we bevrijd van de harde, taaie strijd tegen ongelijke Ionen en onrechtvaardige sociale uitke-
ringssystemen, waar maar weinigen van ons de 'deskundigheid' voor konden opbrengen, en
van de eindeloze vergaderingen over organisatievormen, taktiek en strategieën. Eindelijk
mochten we iets doen wat we leuk vonden, omdat we het zo goed konden: over onszelf praten
als politieke aktie.
PRATEN OVER ONDERDRUKKING In het begin vormden die groepen, waarin vrouwen over
mannen praatten, zelfs een hele effektieve vorm van aktie. De direkte omgeving van de praat-
groepvrouwen schudde op zijn grondvesten: echtgenoten en vrienden werden gewelddadig en
impotent, vriendinnen meldden zich enthousiast aan voor óók een groep; na een half jaar be-
gonnen de eerste vrouwen bij hun mannen weg te lopen; MVM-sters en Dolle Mina's verlieten
hun organisaties en organiseerden in plaats daarvan het praatgroepwezen; vrouwen uit het
AJAH en COC gingen meedoen, Vrouwenkrant en Vrouwenbevrijdingsfront werden opgericht.
De nadruk van het praatgroepgebeuren lag echter niet op het optreden naar buiten, maar op de
innerlijke veranderingen. We ontdekten, dat we de onderdrukking geïnternaliseerdhadden: dat
we ekonomiese en politieke machteloosheid in ziektes en problemen hadden omgezet. De vage
afkeer, die vrouwen hebben van mannen en hun organisaties, werd duidelijk bewust gemaakt
en geformuleerd: de mannenwereld deugt niet, wij kunnen er niets beginnen. Alle strukturen en
omgangsvormen blijken zo te zijn ingericht, dat wij vrouwen altijd het onderspit delven, en door
mee te blijven doen houden we onze eigen onderdrukking in stand, erger nog, we zijn mede-
plichtig aan de onderdrukking en uitbuiting van andere vrouwen. We moeten ons terugtrekken
uit de bestaande samenleving, de 'banden met mannen verbreken' (zoals we het later samen-
vatten), we moeten op grond van de nieuw verworven solidariteit van vrouwen tegenstrukturen
gaan opbouwen.
Het leek allemaal heel vanzelfsprekend. Maar al snel bleek, dat de nieuwere praatgroepen lang
niet zo goed liepen als de oude. Er kwamen steeds meer klachten, dat de groepen gedomi-
neerd werden door vrouwen die opschepten over hun maatschappelijke prestaties (met man,
kinderen of werk) en die de minder suksesvollen wel eens even zouden uitleggen hoe ze hun
problemen moesten oplossen. Kennelijk misten zij iets dat de aktivisten van MVM, Dolle Mina,
AJAH en COC wèl geleerd hadden: dat iedere politieke strijd betekent, dat je ook voor anderen
dan jezelf opkomt. We probeerden dat te ondervangen, door nieuwe groepen een 'ervaren
kracht' aan te bieden om de eerste bijeenkomsten mee te helpen de uitgangspunten duidelijk te
http://www.purepage.com Previous page Top Next page