van Baalen, Ekelschot, Harmsen en van Leeuwen, ZUSTERSCHAP EN DAARNA, geschiedenis van het
radikaal feminisme adhv tien jaar Amsterdamse Vrouwenkrant. Amsterdam 1982, de Bonte Was
hoofdstuk 4, MENENS
62
geloof ik - tenminste geen ekspliciet beleid, meer impliciet - van sommige din-
gen wist je gewoon dat ze niet in de rubriek "Uit Vrouwenhuis en Vrouwenbewe-
ging" moesten.' Wat was er aan de hand geweest? Terwijl in de maanden voor
de zomer in de Vrouwenkrant iets van de identiteitstrijd werd uitgevochten, werd
het in het Vrouwenhuis steeds stiller. Ieder jaar was het wel zo geweest dat, be-
halve een klein oplevinkje begin juni (de verjaardag van het Vrouwenhuis), in
grote lijnen de aktiviteiten tussen half mei en half september stillagen. Dat klinkt
heel officieel, maar betekent, dat het huis dan leeg was op een handjevol vrou-
wen na, die de tuin als stedelijk zomerverblijf gebruikten, wat buitenlandse vrou-
wen die er een slaapplaats zochten en wat 'oudjes' die zich regelmatig ervan ver-
gewisten dat het er nog stond, c.q. niet afgebrand was. Na de zomer kwam er
dan altijd wel weer een groep die koördinatie, bar-, kookdiensten van de grond
trok. Alleen nam het aantal vrouwengroepen dat gebruik maakte van het huis
jaarlijks af. Cinemien was vertrokken naar een mooier pand; universiteitsvrouwen
zorgden voor universitaire ruimtes; het vrouwenkafeewezen nam een deel van de
bar weg; timmerkursussen, zelfverdedigingskursussen, eetgelegenheid voor
vrouwen bleken buiten het huis een lukratievere bezigheid. Ieder zichzelf respek-
terend buurthuis organiseerde voor zijn 'eigen buurtvrouwen' tema-ochtenden,
diskussieavonden, praatgroepen, enz. Je kunt zeggen dat in het Vrouwenhuis al-
leen de niet-geïnstitutionaliseerde/institutionaliseerbare groepen vrouwen over-
bleven. Buiten het Vrouwenhuis leek het veel vrouwen opeens veel veiliger dan
erbinnen. De inkapseling was sinds het jaar van de vrouw met steeds forsere
schreden voortgeschreden.
Zomer '80 was dus ook weer alles leeg en na de zomer - in september '80 -
kwam een groep meiden uit de kraakbeweging met het voorstel dat zij de twee
bovenste verdiepingen van het gebouw zouden gaan verbouwen en bewonen.
Zij zouden meedraaien in de koördinatie - het huis 'bewaken', huur betalen,
enz. Een avond werd belegd, iedereen werd uit haar zomerslaap opgeschrikt. De
argumenten vóór bewoning: veiligheid, kontinuïteit, leken in dat grote kale huis
heel aantrekkelijk. Als er toch geen bloeiende radikale beweging meer was, dan
was een klein vrouwenhuisje toch genoeg. Maar voor steeds meer vrouwen van
de 'oude garde' leek de 'woongroepoplossing' een beslissing te zijn om afscheid
te nemen van de idealen waarmee het Vrouwenhuis gestart was. En dat afscheid
wilden ze nog niet. Nog één jaar wilden ze proberen het huis vol en levendig te
krijgen; nog één jaar waarin èn grote kongressen, èn afgeladen diskussieavon-
den, èn gezelligheid èn aktieve aktiegroepen allemaal een plaats konden krijgen.
Bonte Was, Strijdijzers, Vrouwenkrant, gesteund door Wij Vrouwen Eisen en an-
dere huisgebruiksters werden het daarover eens. Geen woongroep dus - nog -
maar zo mogelijk: beweging. Alleen moesten ze dat dan grotendeels zelf organi-
seren. Vandaar dus de diskussieavonden, avonden over Geschiedenis van de
Vrouwentoekomst, een vaste avond voor vrouwen die afgeknapt waren op socia-
le akademies om uit te vinden wat dat onderwijs met vrouwen uitspookt, muziek,
publikaties, koördinatie. Ilona: "Achteraf is het wel een beetje raar dat we daar-
over niet in de krant schreven - we waren er allemaal bij betrokken. Carin, die bij
de kraakgroep hoorde is toen boos uit de redaktie gestapt. Ik denk dat het alle-
maal nog een beetje gescheiden in ons hoofd zat, de krant en de rest - we
schreven dan ook over de diskussieavonden die we zelf georganiseerd hadden,
alsof we verre verslaggeefsters waren."
In nr. 69 wordt uitvoerig bericht over de benarde situatie van buitenlandse vrou-
wen in Nederland, die ook als ze door hun man mishandeld worden geen zelf-
standige verblijfsvergunning krijgen; veel over kernenergie in het algemeen en
Dodewaard in het bijzonder; verslagen van diskussieavonden over parlementaire
politiek en over automatisering: vrouwenwerkloosheid en de narigheden van