Anneke van Baalen en Marijke Ekelschot, TEGENNATUURLIJK, Amsterdam 1985, De Bonte Was
74
betreffende gebied, en waar iederéén over kankert, vanwege de voor van alles en nog wat
vereiste invulformulieren in zoveelvoud.
21
Halverwege de jaren zestig sprong een hele generatie middenklassersters, juist diegenen die
opgeleid werden om de neokorporatistiese burokratieën te administreren en nieuwe
beheerdersters en opleidersters op te leiden, uit de band. Zij zagen niets meer in burgerlijke
tevredenheid en wilden de verbeelding aan de macht zien, alsof ze allemaal tegelijk
bohémiens waren geworden.
De bittere werkelijkheid van imperialisme en kapitalisme, Vietnam en de amerikaanse
apartheid, het psychiese geweld achter het harmoniese gezin, de manier waarop de
gezondheidszorg omspringt met degeen die de ratrace om uitbuiten en uitgebuit worden niet
volhouden - het was of er een gordijn werd opengetrokken zodat ineens de werkelijkheid
even doordrong. De verbeelding moest een andere werkelijkheid scheppen zodat dit door de
kapitalistiese mogelijkheden allang verouderde lijden kon worden afgeschaft.
22
Dat bij velen de kloof tussen verbeelding en werkelijkheid werd opgevuld met
roesverschaffende middelen en harde muziek is niet verbazingwekkend en evenmin
verwerpelijk: als de stille verdoving van de jaren vijftig niet veroorzaakt is door tranquillizers
in het drinkwater, zijn er minstens zulke kwaadaardige middelen gebruikt. Was het fascisme
wel overwonnen, vroegen de geschokte jongeren zich af. Konden de overwinnaars
misschien even uitleggen wat het verschil was tussen de nazis en de genocide in Vietnam?
En waarom joeg de nederlandse politie, in een land waar toch wèrkelijk nooit wat gebeurde,
met wapenstokken en honden op meisjes die krenten uitdeelden?
In de Verenigde Staten was de strijd veel harder. De leiding van de militante zwarte
beweging werd letterlijk uitgemoord. De oorlog in Vietnam werd pas beëindigd toen bleek dat
hij niet te winnen was. Daar was de tegenstelling tussen revolutionairen en konsumenten
dan ook veel groter. Maar ook in Nederland viel de wens tot kulturele revolutie snel in korte-
termijndoelstellingen uit elkaar.
Achteraf gezien was eigenlijk het enige wat iedereen die in welk groepje ook meedeed aan
de beweging van zestig gemeenschappelijk had het verzet tegen de autoriteiten.
Sommigen wilden revoluties, anderen wilden wat minder drastiese ingrepen; maar het
patriarchaal-autoritaire gezag, dat moest in ieder geval weg. Die behoefte bleek algemener
dan gedacht. Niet alleen de jeugd bleek immers bezwaren tegen verstarde patronen en
werkwijzen te hebben, ook heel wat gevestigde mannen zagen het nut van grotere
fleksibiliteit. Het kapitaal moest immers kunnen rondstromen en niet opgehouden worden
door hiërarchiese rituelen op de werkplek. De overheid kon ook best wat aktiever optreden
om de zwakke broeders van het bedrijfsleven te redden en voorwaarden te scheppen voor
nóg grotere groei van de sterke. Het oude konkurrentie-kapitalisme had immers wel belang
gehad bij een voorspelbare overheid en betrouwbare, gedisciplineerde werknemersters; het
monopoliekapitalisme wilde onbeperkte fleksibiliteit, geen beperkingen maar absolute vrijheid
van onderhandelen. Weg met de burokratie en leve de kreativiteit! Weg met de hiërarchie en
leve het werkoverleg! Leve de onbeperkt fleksibele werknemersters!
In razend tempo bleken die opleidingen die toeleveringsbedrijf waren voor de
beheersfunkties in de oude burokratie gedemokratiseerd te kunnen worden tot opleidingen
voor sociokraten; mensen die geen autoritaire macht zouden uitoefenen maar zouden
begeleiden, met alle aandacht voor de mens achter de mens, met inzet van hoofd, hart en
handen, soepel, begrijpend, koöperatief, in alle situaties zich gedragend als gelijke onder de
gelijken.
21
M. Weber (noot 17), 126 v., 551 v., 834 v.
22
Zie bv. H. Marcuse, Eros and Culture, Boston 1955, waarin neo-marxisme en psychoanalyse tot
een optimistiese ontplooiingsboodschap zijn getransformeerd. Zie over de ideologiese bronnen van de
radikale vrouwenbeweging J. Mitchell, Vrouw en vrijheid, (1966), Boom 1973