van Baalen, Ekelschot, Harmsen en van Leeuwen, ZUSTERSCHAP EN DAARNA, geschiedenis van het radikaal
feminisme adhv tien jaar Amsterdamse Vrouwenkrant, Amsterdam 1982, de Bonte Was
hoofdstuk 3, ONZEKERHEDEN EN IDENTITEITEN
57
slag van de strijd die elders in het huis en in het 8 maart komitee was losgebar-
sten. Er waren ruzies, er werden leuzen op de muren van het Vrouwenhuis ge-
schreven met weinig verheffende kreten als '8 maart komitee door de plee', er
gonsde van alles, vriendinschappen werden verbroken of juist aangegaan. Het
leek of zich een definitieve breuk aan het voltrekken was tussen socialisten en
anarcho-liberalen. Zelfs de koude oorlog speelde mee: een opschrift op de deur
waarschuwde voor een kommunistiese machtsovername. Een verwarrende toe-
stand, omdat de twee groepen ruziënde vrouwen een heel spektrum van politie-
ke en ekonomiese opvattingen aan het opsplitsen waren: zoals de dreiging dat
de mannelijke vakbonden en linkse partijen in de krisis de uitkeringstrekkers
zouden laten vallen (de koppeling van Ionen en sociale uitkeringen opgeven); de
voortdurende maatschappelijke druk op uitkeringstrekkers omdat ze zouden pa-
rasiteren; het verschijnsel dat vrouwen pijlsnel uit het arbeidsproces verwijderd
werden; de pogingen van de NVB-vrouwen om steun te zoeken in het Vrouwen-
huis voor een uitbreiding van het feminisme binnen de CPN; de pogingen van de
vernieuwers binnen de CPN om door de 'destalinisatie' het isolement binnen
links te overwinnen; de trends in de kraak- en kernenergiebeweging tot de 'grote
weigering' van alles wat met deze maatschappij te maken had, van werk tot stem-
men, en de vrees voor isolement en sektarisme van anderen in dezelfde bewe-
gingen; en het generatiekonflikt in het Vrouwenhuis. Hele verschillende proble-
men dus, gepolariseerd door de brandende wens van al die jonge vrouwen die
de banden met mannen verbroken hadden en daardoor hun voor de hand lig-
gende mogelijkheden op inkomen en status opgegeven hadden om dan tenmin-
ste bij de Radikaalste Groep te horen. Twee jaar later voerden anarca's en links-
radikalen gezusterlijk aktie voor Mies Minima: maar nu was samenwerking onmo-
gelijk. Lidy en Diana (de WWV-stroming) vertrokken en een maand later Els ook,
zij vond het allemaal te tijdrovend. De krant ging door met de vrouwen die nog
restten en de nieuwe gezichten van Carin en Irene er bij en Pauline Vos, die on-
der de naam Pol een blijvertje zou worden.
Diana heeft achteraf heel uitgebreid geschreven hoe de Vrouwenkrant zich in
haar ogen in die twee jaren ontwikkeld had. Een paar fragmenten: 'De Vrouwen-
krant heeft altijd de pretentie gehad uit te gaan van de ervaringen van vrouwen.
Niet alle ervaringen rondom een bepaald tema konden in de Vrouwenkrant, daar
was vrijwel iedereen het over eens. Ik denk dat we ongeveer de helft van alle on-
gevraagd opgestuurde stukjes terug stuurden. We ontwikkelden een gezamenlij-
ke zeef, waar bepaalde ervaringen doorheen vielen, onberoerd en onbesproken
bleven, dat waren de ervaringen die onvoldoende de onderdrukking van vrou-
wen lieten zien. Niemand stond daar lang bij stil, ruzies onderling kwamen er pas
toen we heel expliciet bepaalde ervaringen gingen benoemen als geschreven en
ook beleefd uit een vals bewustzijn.' Wat er gebeurde was dat 'de opzet veront-
waardiging op te wekken en andere vrouwen mee te nemen in een feministies
bewustzijn het steeds minder noodzakelijk maakte genuanceerd te blijven. We
schreven ervaringen steeds meer als rechtlijnige gebeurtenissen (tegelijkertijd
werden er steeds minder stukjes spontaan opgestuurd), en bedachten teorieën
die alles uitputtend zouden verklaren. Wat we eerst nog beschouwden als onin-
teressant c.q. de uitzondering werd nu ontkend, werd uitgesloten. We gingen er
niet meer mee akkoord dat we er geen raad mee wisten, we analyseerden de uit-
zondering als vals. Bemoeiden we ons eerst niet met mannen, nu benoemden we
alle mannen als onderdrukkers. Keerde de redaktie zich in het zomernummer
van '78 nog af van MVM, omdat zij emancipatie bedreven wat wij geen echt femi-
nisme vonden, nu benoemden we alle emancipatie als anti-feministies, als zoet-
houder voor vrouwen. In plaats van uit te gaan van de ervaringen van vrouwen,
waren we in een beweging terecht gekomen, die de ervaringen vastlegde, ze