A.C. van Baalen & M.C.F.Ekelschot, Geschiedenis van de Vrouwentoekomst. Amsterdam 1980, De Bonte Was
Hoofdstuk 5 De klassieke beschavingen
89
ongelukkigste schepsels. Het begint er mee dat wij een heleboel rijkdommen nodig hebben,
om een echtgenoot te kopen en voor onze lichamen een meester te nemen. Want geen
meester nemen is nog erger. Vervolgens is het een belangrijk probleem of we een goede of
een slechte krijgen. Want gemakkelijk ontsnappen kan een vrouw niet, noch kan ze nee
zeggen tegen haar huwelijk. Ze komt terecht tussen nieuwe gedragswijzen en andere
manieren, en ze heeft profetiese gaven nodig, tenzij ze thuis geleerd heeft, hoe ze moet
omgaan met hem, die het bed met haar deelt. En als we dat allemaal goed en zorgvuldig
klaarspelen, en de man die bij ons leeft zijn juk wel kan dragen, dan is het leven
levenswaard. Zo niet, dan sterf ik liever. . .'
Vrouwenonderdrukking en seksueel geweld
Om te voorkomen dat de Griekse vrouwen overspel zouden plegen werden talloze
maatregelen genomen: ze werden opgesloten en er waren zelfs staatsopzichters om er op
toe te zien dat zij zich - als ze al eens in het openbaar kwamen - zich goed gedroegen. Want
de Griekse mannen beschouwden vrouwen als geil en seksueel onverzadigbaar - hoewel ze
zich tegelijkertijd over haar frigiditeit beklaagden! Een overspelige vrouw kon zonder meer
door haar man gedood worden; ook een betrapte minnaar mocht gedood of gekastreerd
worden, omdat de echtgenoot in zijn eer was aangetast en van zijn eigendom was beroofd.
De Griekse mannen hadden een intense afkeer van vrouwelijke geslachtsorganen. Het beeld
van de 'vagina dentata', de vagina met tanden erin, waar zo veel patriarchale mannen in
geloofd hebben, leefde ook onder de Griekse mannen. Als ze al met een vrouw genoegen
moesten nemen, zochten ze er vaak een uit met een mooi achterwerk, en dan 'namen ze
haar van achteren'.
Voor menstruatiebloed waren ze ook doodsbang: het kon onder andere oogsten laten
mislukken, bijenvolken doden, messen stomp maken en ijzer laten roesten! Een vrouw die
een kind gekregen had was trouwens net zo onrein als een menstruerende vrouw; zij mocht
geen tempel in voordat een vastgesteld aantal dagen verlopen was en ze een ritueel bad
genomen had.
Echtscheiding was voor een man heel eenvoudig: hij kon zijn vrouw gewoon wegsturen.
Vrouwen moesten daarentegen voor een rechtbank aantonen dat ze door hun man slecht ,-
behandeld waren; wat natuurlijk niet eenvoudig was omdat de mannelijke rechters slechte
behandeling en mannelijke ontrouw heel normaal en vergefelijk vonden. De mannen
verzetten zich ook vaak tegen de scheiding omdat ze anders de bruidsschat aan de vader
van hun vrouw moesten teruggeven. Als het een vrouw lukte om een echtscheiding te
krijgen, was ze wel haar kinderen kwijt: die waren en bleven van de man. De vader had de
absolute macht over zijn kinderen. Als hij ze eenmaal erkend had - wat hij niet hoefde te
doen - dan kon hij ze doden, mishandelen, verkopen, zonder dat iemand zich ermee
bemoeide. Omdat prostitutie officieel erkend was - er waren zelfs staats- en tempelbordelen -
was het voor arme vaders een grote verleiding om hun dochters als prostituees te verkopen.
En dat deden ze dus ook.
Mannen die slavinnen bezaten hoefden niet naar de prostituees: slavinnen waren seksueel
vogelvrij. Met een slavin vrijen gold zelfs niet als overspel. Maar als een vrouw met een slaaf
vrijde werd ze met de dood bestraft. Officieel konden mannen er een tweede vrouw
bijnemen, maar waarschijnlijk kwam dat maar heel zelden voor.
Het spreekt vanzelf dat de maagdelijkheid van vrouwen voor het huwelijk streng bewaakt
werd en dat vaders hun dochters zeer streng straften als ze hun maagdelijkheid hadden
laten aantasten. Een vrouw moest een ongeschonden omhulsel voor het mannelijk zaad zijn.
Verder werd haar eigenlijk geen enkele funktie toebedacht, ook niet bij de voortplanting.
Uit deze opsomming krijg je de indruk dat de vrouwen in het Griekenland van zo'n 500 jaar
v.chr. het veel slechter hadden dan tegenwoordig. Dat beeld wordt nog versterkt als je leest
dat er onder de vrouwen in sommige Griekse steden soms hele epidemieën van hysterie
heersten, waarbij de slachtoffers soms maandenlang half of helemaal bewusteloos en