Navigation bar
  Print document Start Previous page
 30 of 73 
Next page End 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35  

Mary Wilkins Freeman, MOEDER IN OPSTAND en andere verhalen. De Bonte Was, 1980
30
Hoewel zij haar hele leven lang bij de arme, hardwerkende mensen had gehoord, in de meest
eenvoudige omgeving, was haar moeder een geboren aristocrate, met die uiterst sterke en
uiterst intolerante voornaamheid die soms ontstaat uit alleen-gedragen armoede. Zij voelde
zich een koningin; haar dochter, onderwijzeres, was voor haar een prinses van koninklijke
bloede; dat zij in de keuken van een buurvrouw werkte was een bittere pil voor haar en ze
vond het vreselijk. Het geplande huwelijk met jonathan Nye was als een koninklijke
verbintenis voor het welzijn van de staat. Jonathan Nye was de enige jongeman in het dorp die
in aanmerking kwam; hij had de meeste grond; hij had het beste huis. Hij had alleen zijn
moeder nog; na haar dood zouden alle bezittingen van hem zijn. Mevrouw Nye was ouder dan
mevrouw Britton, die haar eigen zwakheid niet meetelde als zij hun levensduur berekende.
'Mevrouw Nye is een eind in de zeventig', zei zij dikwijls tegen zichzelf; 'en dan is het
allemaal van Jonathan.' Zij zag zichzelf al in dat grote, witte huis als een regerende douarrière
resideren. De enige hinderpaal was de eigenzinnigheid van Louisa die haar moeder niet kon
begrijpen. Zij kon niets verkeerds aan Jonathan Nye zien. Ze was bijna zelf verliefd op hem,
zo'n uitstekende man vond ze hem voor haar dochter. Dat Louisa hem niet wilde was voor
haar net zo min te begrijpen als wanneer een prinses de sprookjesprins zou weigeren en
daarmee het verhaal bederven.
'Ik zou wel willen weten wat je tegen hem hebt', zei ze vaak tegen Louisa.
'Ik heb helemaal niets tegen hem.'
'Waarom doe je dan niet anders tegen hem, vertel me dat eens.'
'Ik vind hem niet aardig.' Louisa zei 'aardig' met een gezicht waar schaamte op te lezen stond
want zij bedoelde dat ze niet van hem hield en dat durfde ze niet te zeggen.
'Aardig! Wat mensen al niet voor voorliefdes beweren te hebben - daar weet ik niets vanaf.
Als ik een goed en fatsoenlijk persoon zie, dan mag ik die en daar gaat het om.'
'Volgens mij ... voelde U niet ... op die manier ... voor vader!' zei Louisa zachtjes, hevig
blozend.
'Jawel. Ik hield mijn hoofd er wel bij.'
En mevrouw Britton geloofde dat. Nu, op middelbare leeftijd, lagen er vele harde jaren tussen
haar en haar eigen verkeringstijd en er is niets dat zozeer verandert in de loop der jaren als de
herinneringen van de jeugd. Zij geloofde, dat zij zich door gezond verstand had laten leiden
toen zij met de jonge John Britton, die goede vooruitzichten had, trouwde; zij vond ook dat
haar dochter zich daardoor moest laten leiden tot een huwelijk met Jonathan Nye.
Louisa ondervond geen medeleven van haar maar zij volhardde in haar weigering. Ze werkte
steeds harder. Zij spaarde zichzelf binnen noch buiten. Naarmate de zomer vorderde raakte
haar gezicht door de zon gebruind als bij een jongen, haar handen waren hard en bruin. Als zij
's zondags haar witte jurk aantrok om naar de kerk te gaan vertoonde haar nek een witte rand
waar de zon niet geweest was. Daarboven leken haar gezicht en hals nog bruiner. Haar
mouwen waren tamelijk kort en boven haar bruine polsen zaten ook witte randen.
'Het lijkt wel alsof je centimeter voor centimeter een Indiaan wordt', zei haar moeder.
Terwijl Louisa in de kerk zat probeerde zij onopgemerkt haar mouwen naar beneden te
trekken tot aan het bruin van haar polsen; ze duwde de ruches aan haar hals iets op. Toen keek
ze even naar de overkant; Jonathan Nye zat naar haar te kijken. 
Ze stak haar handen, in de korte ruimzittende katoenen handschoentjes, zo ver ze kon uit haar
mouwen; haar buine polsen staken opvallend af tegen haar witte jurk. Ze had nooit van de
prinses gehoord die haar schoonheid vernietigde opdat zij niet gedwongen zou worden om
met de man waar ze niet van hield te trouwen, maar zij had ongeveer hetzelfde gevoel, zij het
niet voor de een of andere tastbare geliefde. Louisa had nooit iemand ontmoet die zij boven
Jonathan Nye zou verkiezen. Er was geen andere huwbare man in het dorp. Zij had alleen
haar dromen die zij deelde met andere meisjes.
Previous page Top Next page